Valkuilen vragen stellen
2/8
Om effectief vragen te stellen is het handig om eerst stil te staan bij vragen die juist probleemdenken bevorderen of deactiverend werken. Het is handig om dit type vragen te leren herkennen zodat je ze om kunt vormen tot meer activerende manieren van vragen stellen.
Hieronder zie je enkele voorbeelden van vragen die niet effectief zijn:
1. Meervoudige vragen
Bijvoorbeeld: ‘Hoe zoek je naar werk? En zoek je ook via je netwerk? En wat heeft dat opgeleverd?’
Het effect is dat iemand over veel verschillende vragen tegelijk moet nadenken en het onoverzichtelijk wordt.
Tip: stel één vraag per keer en houd het eenvoudig
2. Vragen met uitgebreide uitleg
Bijvoorbeeld: ‘Hoe zoek je naar werk? Ja, ik vraag dat omdat mensen op allerlei verschillende manieren zoeken en sommige manieren beter werken dan anderen en ik ben dus benieuwd hoe jij dan zoekt’ etc. etc.
Het effect is hetzelfde als hierboven.
Tip: Stel een vraag en laat na het vraagteken een stilte vallen. Keep it simple
3. Advies verkapt als vraag
Bijvoorbeeld: ‘Heb je wel eens in je netwerk rondgevraagd of iemand iets voor je weet?’
Dit is een verkapt advies. In zo'n geval kun je beter vragen wat iemand al heeft geprobeerd en eventueel toestemming vragen om een advies te geven.
4. Gesloten vraag
Bijvoorbeeld: ‘Heb je een brief geschreven, ben je direct op de werkgever afgestapt of heb je in je netwerk rondgevraagd?’
Dit is een gesloten vraag. In dit geval in multiple choice vorm. Een alternatief voor een gesloten vraag is de open vraag. Die begint vaak met: Hoe, wie of wat. In dit geval kun je dus vragen: Hoe zoek je naar werk?
5. Suggestieve vraag
Bijvoorbeeld: ‘Vind je niet dat je een slecht voorbeeld bent voor je kinderen?’
Dit suggereert dat jij dat vindt en komt veroordelend over. Vraag liever: Welk voorbeeld wil je zijn voor je kinderen?
6. Het probleem van de ander niet serieus nemen
Bijvoorbeeld: ‘Waarom stop je niet gewoon met blowen?’
Dit suggereert ten onrechte dat het heel makkelijk is om een verslaving te veranderen.
7. Te probleemgerichte vragen
Bijvoorbeeld: ‘Waarom lukt het je maar steeds niet om betaald werk te vinden?’
Op deze vraag gaat iemand vertellen waarom het heel lastig is en overtuigt zichzelf ter plekke. Vraag liever wat iemand vertrouwen geeft dat het zou kunnen lukken.
8. Te therapeutische vragen
Bijvoorbeeld: ‘Waar komt dat gevoel van onzekerheid vandaan?’
Deze vraag heeft een therapeutisch karakter. Het is effectiever om je vragen doelgericht te houden binnen het kader van de rol die je hebt, namelijk het begeleiden van mensen naar werk.